Microagressies:

5 tips om microagressies te voorkomen

“Waar kom je écht vandaan?”. “Wat spreek je goed Nederlands!”. “Wat heb je mooi haar, mag ik even voelen?”. Mensen die bicultureel zijn, niet in Nederland zijn geboren of een niet-Nederlands accent of (achter)naam hebben, krijgen deze vragen vaker te horen. Het zijn vaak kleine opmerkingen of vragen die in de meeste gevallen goed bedoeld zijn en onschuldig lijken, maar de ontvanger toch het gevoel kunnen geven ‘anders’ of ‘niet normaal’ te zijn. Zulke gedragingen of uitingen noemen we microagressies.

Vaak worden mensen met een beperking, vrouwen, mensen van kleur, LHBTQIA+ mensen of religieuze minderheden (zoals moslims, hindoes of joden) slachtoffer hiervan. Microagressies kunnen expliciet of impliciet, bewust of onbewust gebeuren. We hebben het dus vaak niet eens door dat we het doen. Ik betrap mij er zelf soms ook op: Ik heb een keer een paneldiscussie over diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie gefaciliteerd. Toen vroeg ik de deelnemers in het publiek om op te staan als ze het eens waren met een stelling in de presentatie. Het duurde even, maar toen besefte ik dat er een persoon in een rolstoel was die niet mee kon doen aan de oefening. Ik vond het zo spijtig en dacht bij mezelf: Hoe ironisch dat dit gebeurt tijdens een gesprek over diversiteit en inclusie. En ik nam het vooral mezelf kwalijk: Ik had beter moeten weten! Ik die altijd zo met dit onderwerp bezig ben. Ik verontschuldigde mij bij de persoon en we zochten samen naar een oplossing hoe hij wel aan het gesprek mee kon doen.

Het was dus niet mijn intentie om iemand uit te sluiten tijdens de paneldiscussie. Maar ervan uitgaan dat iedereen in de zaal in staat is om in het kader van een oefening te gaan staan, kan in gevallen zoals deze voor uitsluiting zorgen. Dat de intentie bij bepaalde opmerkingen, uitingen of vragen niet slecht is, betekent dus niet dat deze actie niet pijnlijk is voor een ander.

Wat zijn de gevolgen van microagressies?

Recent onderzoek van Kros et al. (2024) laat zien dat het ervaren van microagressies op de lange termijn enorm schadelijk kan zijn voor het fysieke en mentale welzijn van mensen. Microagressies gaan namelijk altijd uit van een bepaalde norm en communiceren (onbewuste) vooroordelen tegenover bepaalde doelgroepen. Ze zijn een weerspiegeling van wat en wie maatschappelijk gezien niet alleen als ‘normaal’, ‘abnormaal’, maar ook ‘goed’ of ‘slecht’ wordt gezien. Als ontvanger van een microagressie word je dus altijd aan een bepaalde norm gemeten. Dat impliceert dat je hier niet erbij hoort. Maatschappelijk gezien zorgen microagressies ervoor dat (negatieve) stereotypen over bepaalde doelgroepen in stand worden gehouden. Op individueel niveau leidt dit ertoe dat mensen die slachtoffer zijn van microagressies zich buitengesloten, anders en minderwaardig kunnen voelen.

“Waar kom je écht vandaan?” is een vraag die ik bijvoorbeeld ook voortdurend te horen kreeg. Ik ben Duits-Filipijns en zie er dus niet ’typisch Duits’ eruit. Mensen bleken daarom nooit tevreden toen ik zei dat ik gewoon uit Duitsland kom. Als jonge tiener begreep ik niet waarom dit antwoord niet voldoende was. Ik voelde me gewoon Duits. Maar voor mensen om mij heen was ik dat niet; je kan blijkbaar niet Duits zijn én uiterlijke Aziatische kenmerken hebben. Continu de vraag te krijgen waar je ‘echt’ vandaan komt, heeft dus zeker invloed gehad op mijn zelfperceptie en zelfbewustzijn. Je groeit op met het gevoel dat je ‘anders’, ‘niet-normaal’ of minderwaardig bent en niet erbij hoort op basis van hoe je eruitziet.

En zoals de Duitse journaliste en auteur Alice Hasters zei in haar boek “Was weiße Menschen nicht über Rassismus hören wollen aber wissen sollten (2021)“, zijn microagressies zoals muggenbeten. Je kunt één of twee beten wel verdragen. Maar stel je voor dat je dagelijks wordt gebeten door een mug? Dan wordt het pas echt vervelend. Je gaat je anders voelen en in sommige gevallen doet dit ook iets met je eigenwaarde.

Het ervaren van microagressies op een structurele manier kan dus een grote impact hebben op de zelfperceptie, zelfwaarde en de mentale gezondheid van een persoon. Microagressies zorgen ervoor dat mensen zich niet thuis voelen in het land waar ze geboren zijn, dat werknemers zich niet veilig en welkom voelen binnen hun team of dat een deelnemer met een fysieke beperking zich buitengesloten voelt omdat hij niet mee kan doen tijdens een publiek evenement.

Het creëren van een inclusieve werkomgeving

Misschien denk je nu: “Wat kan ik nog wel zeggen?” Of “Hoe voorkom ik dat ik door bepaalde acties of opmerking mensen uitsluit als ik er niet eens bewust van ben?” Dat is inderdaad niet altijd makkelijk, maar we hebben vijf tips voor je hoe je niet alleen binnen jouw organisatie, maar ook in de dagelijkse interacties met mensen voor meer inclusie kan zorgen:

  1. Wees bewust van en kijk kritisch van naar jouw eigen (onbewuste) vooroordelen over bepaalde doelgroepen (bijvoorbeeld door een training over onbewuste vooroordelen te volgen).
  2. Geeft iemand jou feedback dat een commentaar of opmerking van jou kwetsend was? Verontschuldig jezelf en probeer aandachtig te luisteren en te begrijpen wat de persoon ervaart, zonder een oordeel hierover te hebben.
  3. Wil je binnen de organisatie ervoor zorgen dat microagressies geen ruimte krijgen? Stel dan een meldingsprocedure vast voor ongewenst gedrag en communiceer helder met medewerkers hoe ze hiervan gebruik kunnen maken.
  4. Betrek mensen van diverse groepen in de gehele aanpak van discriminatie en/of ander ongewenst gedrag.
  5. Ben jij een leidinggevende of directeur van de organisatie? Wees dan een rolmodel en draag uit welk gedrag wenselijk is.
Contact

Wil je hulp bij het creëren van een meer bewustzijn over microagressies op de werkvloer of het bijdragen aan een inclusievere werkomgeving? Maak een afspraak voor een adviesgesprek. Dit is een gratis gesprek van een half uur. Bel ons 085-0470311 of vul het contactformulier in. Wij nemen zo spoedig mogelijk contact met je op.

Referenties

Hasters, A. Was weiße Menschen nicht über Rassismus hören wollen aber wissen sollten. hanserblau, 2021.

Kros, K., Van de Gevel, M., De Winter-Koçak, S., Broekroelofs, R., Harnacke, C., en Felten, H. Studenten beschermen tegen gevolgen van stagediscriminatie. Kennisplatform Inclusief Samenleven, 2024.

Tekst Jessica Lehmann